Na het karige ontbijt startten we de dyane met minimale weemoed en de zin om weer een enorme rit te maken. Met eindstop Gouda!
Wat een legendarisch lekkere koeken hadden ze hier zeg! De chocola plakte alles aan elkaar maar wat een smaak!
Het zal altijd leuk blijven om het karretje te zien, ook al liet ‘ie ons een beetje in de steek deze vakantie.
Zijn dorst zal ik ook niet vergeten. Zelden zoveel liters olie in een motor gedaan. En dan die dikke blauwe walm bergafwaarts. Misschien is deze ruilmotor geen goede keuze geweest.
En dan lig ik ineens te pitten midden in een winkel? Vechtend tegen het ongeloof om nooit meer samen te kamperen wilden we een tweepersoons luchtbed kopen. Niet meer zo’n hele hoge maar… nou ja iets wat gewoon heel lekker slaapt zonder hoog te zijn.
Zo hebben we de Wit in Schijndel in de route opgenomen. En we zijn er niet zonder luchtbed vandaan gegaan. Een goeie is prijzig, maar slaapt echt superlekker. Belangrijk als je zulke lange tochten rijdt.
En dan zijn we weer thuis in Gouda! Je ziet het water uit de tent lopen. Eigen import uit Slovenië…
Een echte kampeerder heeft geen kampeerkathedraal nodig, maar als je die hebt blijkt deze zelfs in de achtertuin te passen. Het was zelfs droog weer zodat uiteindelijk alles weer droog de kast in kon – tot ik zin zou krijgen in een nieuw avontuur. Hopelijk ooit…
Het Adler hotel ligt op zo’n mooie plek dat ik er in betere tijden graag een bezoek zou brengen. En om de indrukwekkende burcht bekijken waar we nu geen tijd voor hadden want er stonden weer veel kilometers op het programma!
Eigenlijk past ons autootje heel goed in dit klassieke dorpsgezicht
Zelfs de parkeerboetes in dit dorp waren de vriendelijkheid zelve: een eurootje of 15
En ja hoor, het zal toch niet eens een uurtje achter elkaar droog blijven????
Nou… eigenlijk begon het geleidelijk wel droog te worden!
Heerlijk om in een beetje droog land te kunnen rijden. Helemaal geen straf om weer richting huis te gaan op deze manier. Het gemiste deel van de vakantie vergaten we maar even…
Weet je trouwens waar bestelbusjes vandaan komen?
En ook deze dag hadden we lekker geen zin om de natte tentplunje op te zetten en naar een vervangend luchtmatras te gaan zoeken. Een premiere classe hotel bij het vliegveld van Frankfurt leek ons erg exclusief. Het viel helaas een beetje tegen: slechts een overnachtplek voor verveelde reizigers met te weinig personeel en weinig geadverteerde faciliteiten echt aanwezig. Wat een onpersoonlijk contrast met het warme familiehotel van een nacht eerder!
Het uitzicht op volkstuintjes en de talloze laagvliegende vliegtuigen die je niet kon horen door het driedubbele glas maakten veel goed!
De ochtend van 28 juli hadden we behoorlijk de pest in. De nacht was brak en de tent was nat. Langzaam kwam het besef dat we een probleempje hadden:
Zonder paspoort kom je niet-Schengenland Kroatië niet in.
Een noodpaspoort zou even op zich laten wachten; we zouden hooguit vlak voor het einde van de wereldmeeting arriveren
Dat zou op tijd zijn voor de Adriatic Raid – maar de auto had ook nog eens kuren
Was er nog iets leuks te beleven zonder de meeting en wachtend op dat stomme papiertje?
Waren we wel verzekerd zonder enige autopapieren, rijbewijs, etc.?
Kunnen we nog zo lang alleen op de bankpas en -rekening van Jolande teren voor alle kosten?
Was de zin er eigenlijk nog wel????
Nou… in de nattigheid van deze omgeving – wel de mooiste camping die ik ooit gezien heb! – besloten we de boel af te blazen. Buienradar liet zien dat er later die ochtend een periode met normale ipv plensregen zou zijn dus we bereidden het vertrek voor en toen het inderdaad iets minder hard regende propten we het overleden luchtbed in een container en alle andere spullen ergens in de Dyane en startten de auto.
Maar er gebeurde… niets. De startmotor draaide wel maar de motor sloeg meteen weer af. Na een telefoontje met een dyanespecialist en wat gerommel met contacten kwam het oude beestje in beweging en ging de route noordwaarts:
Onophoudelijk plensde de regen door en we hadden zo’n behoefte om even een droge weg te zien!
Er was grof geweld nodig om eventjes droog te kunnen rijden: de Karawankentunnel (met karakteristieke wachttijd):
Zo ging het nog een tijdje goed. Alleen het starten van de auto werd steeds moeilijker en ook tijdens het rijden hield de kar steeds meer in tot het gevaarlijk werd. Na een stop hield het helemaal op. Rommelen met de contacten hielp niet meer… Dus stond de auto nat te plenzen en zaten wij de ANWB te bellen…
Dat tankstation in Oostenrijk is het schrikbeeld van de vakantie geworden… Heel af en toe regende het even niet en kon ik een luchtje scheppen:
Uren en uren hebben we gewacht want de lokale hulpdienst was erg druk en stond ook nog eens vast in de monsterfile. Na lange tijd kwam het verlossende voertuig toch de afrit af:
Wat bleek het probleem: toch het contactslot. De monteur maakte een noodconstructie om met een stekkertje contact te maken en met een losse draad te starten, net zoals criminelen in de film doen. Inmiddels hadden we een hotel gebeld want in deze krankzinnige nattigheid een natte tent opzetten was zelfs mij te gortig. In het donker in een continue wolkbreuk de laatste 50 kilometer gereden op wegen die om de zoveel kilometer opgebroken waren. Heb ik zo’n hekel aan!. Hyperalert en doodop arriveerden we eindelijk in het dorpje en het hotel waar het personeel al lang naar huis was maar een heerlijk welkomstbriefje op ons lag te wachten:
En wat kan een kamer met echte bedden LEKKER zijn!
Doodop van alle water, vermoeidheid en emoties vielen we in een heerlijke diepe slaap, alleen licht onderbroken door een bijzonder carillon dat bij ieder kwartier ook het bijbehoren de uur liet horen.
Na een bizarre nacht gelukkig wakker met een onbeschadigde Dyane buiten het hek. We waren er niet gerust op door alle uitgaansvolk waardoor we ook snapten dat het hek op slot moest blijven. De nachtrust was ook niet geweldig door een hele foute harde muziekparty niet al te ver weg. Gelukkig kregen we het waarborggeld van de heksleutel terug en lieten we met een opgelucht gevoel deze vreemde locatie achter.
En ineens waren we in Slovenië – sneller dan verwacht was daar de grens en al gauw waren we voorzien van een mooie sticker achter de voorruit.
Slovenië is een prachtig land en we genoten van heel veel natuurlijk groen, flinke hoogteverschillen en prachtige vergezichten. Bij een cafetaria / pizzeria hebben we heerlijk gegeten (foto boven) en zochten daarna de auto weer op:
Gelukkig wordt er heel beschaafd gereden in dit land en was er tijd om te genieten van de rivier naast de weg en de kastelen op de bergen:
Maar… toen doemde in de verte een enorm donkere wolkenpartij op en besloten we op een geschikt punt te stoppen want een keer de auto vol laten regenen was genoeg. Dat was op het onderstaande plekje. Met gesloten dak reden we verder en maakten een tankstop. Met volle tank wilde ik afrekenen en… zag mijn tas niet. Overal rondgekeken, de auto ondersteboven gehaald maar hij was weg! Inclusief camera, lens, portemonnee met alle pasjes, rijbewijs, autopapieren, paspoort, enz. enz. Alle belangrijke dingen behalve de telefoon. Na alle rondkijken en rondvragen konden we niets anders bedenken dan de pizzeria nog eens bellen (niets gevonden) en weer helemaal terugrijden naar de plek waar het dak dichtgedaan was. Ook niets. En daar stonden we de politie en Buitenlandse Zaken te bellen op deze beruchte plek:
De politie arriveerde en maakte een minimaal proces verbaal op. Ondertussen weigerde de auto ook steeds weer te starten en met weinig vertrouwen en de auto en de opsporingsdiensten van Slovenië stond ik met dit papiertje in handen:
We besloten in dit plaatsje te overnachten en na te denken over het vervolg van de vakantie. Het pension had nog een kamer over maar ze waarschuwden ons voor een huwelijksfeest dat er de hele nacht zou denderen. Het lokale hotel had misschien plek maar wist dat pas over een aantal uren. Het enige goede nieuws was de aanwezigheid van “Cocktail” – de plaatselijke cola-vervanger die Jolande nog van vroeger kende:
En wat doe je dan??? Een van de opties was om de route te vervolgen want Jolande kon met haar pasje nog benzine, campings en boodschappen afrekenen. En zo kwamen we terecht in Pivka Jama waar schitterende grotten zijn. En ontelbare mensen die ze willen bekijken maar er was plek op de camping zodat we de volgende ochtend vroeg konden gaan.
Helaas brak er een gigantisch onweer uit die op de een of andere manier de ellende benadrukte. Het luchtbed blies een nootje mee door te blijven leeglopen en door de harde wind werd het in de tent ook best wel nat. We sliepen slecht en hadden niet heel veel zin meer in de vakantie tijdens de nacht…
Deze dag waren wij redelijk snel uit de veren, maar onze groene vriend Uli was nog total loss… Misschien heeft hij de hele nacht het knakworstenlied liggen oefenen?
Van Uli hebben we verder totaal geen last gehad, zelfs het fricadellenlied hebben we niet gehoord.
We namen een belangrijke beslissing: in plaats van de stad van de liefde te gaan verkennen in de knallende hitte gingen we al op weg naar het zuiden. Wenen kun je ook per vliegtuig of trein nog eens bereiken maar Slovenie kom je niet zo makkelijk.
Dus rijden maar. Lekker regelmatig gestopt om de Dyane en onszelf bij te tanken:
Aan het einde van de dag arriveerden we bij een mooie camping. Althans, dat dachten we. Bij nader inzien zagen de huisjes in de omgeving er redelijk uit maar was de camping een beetje vreemd. Het hek moest speciaal voor ons opengemaakt worden, we moesten een sleutel huren en de auto buiten zetten en konden de tent op een soort gazonnetje kwijt.
Maar het meer was (afgezien van de vele bordjes waar je vooral niet mocht komen) prachtig mooi en lekker van temperatuur. Heerlijk gezwommen!
Van zwemmen krijg je honger en omdat het hier wat unheimisch voelde hebben we zelf gekokkereld in plaats van het terrein te verlaten.
Leuk van de komst van Jolande was dat ik ook eens op de foto verscheen. De foto’s die ik maakte… verdwenen samen met de camera 🙁
Die avond heb ik fijn gepraat met een andere liefhebber van klassieke auto’s die o.a. een naoorlogse Kübelwagen had. De nacht hebben we aanvankelijk niet zo lekker geslapen wegens ontieglijke herrie van een nabijgelegen cafe/restaurant/disco. Onderstaande foto met prijsvraag heb ik begin van de avond op Facebook gezet:
Wat kun bij deze gelegenheid niet:
Iets kopen
Iets drinken
Iets eten
Naar de douche zonder je tenen te stoten in het donker
Schijten zonder zelf toiletpapier mee te nemen
Al het bovenstaande
Het lijkt of de GPS logger er aan het einde geen zin meer in had:
Na een enigszins onrustige nacht met flarden gedachten werd ik met enige spierpijn van de lange wandeling wakker. Ontbijtje, tent afbreken en de auto inpakken voor weer een lange dagroute: naar Wenen!
Ik was graag naar een plekje ten zuid-oosten van Wenen gereden, dichter bij het vliegveld en in de bossen waar de kaysers gejaagd hebben maar daar waren geen campings. In de stad was er wel een maar veel recensenten werden daar klaarblijkelijk horendol van het verkeer. En zo kwam ik op een prachtig plekje in het Wienerwald terecht:
Ook weer hartstikke warm en daarom een tentdeur maar weer als zonneschermpje gebruikt:
Camping Wienerwald heeft een paar goede dingen te koop bij de receptie: diepvriespizza’s die ter plekke de oven in gaan en bier. Wat een lekker bier! Of was ik te hongerig en dorstig van de lange rit???
De dag er op zou ik Jolande weer zien – op het vliegveld van Wenen. Het was best nog een lange rit en de wegen rond de stad waren al aardig vol maar alles ging goed. Tot het moment van landen was er tijd om de luchthaven te verkennen. De raarste types kwam je hier tegen:
Het leukste type was gelukkig goed geland en het was zo fijn om elkaar weer te zien en samen verder de vakantie te gaan beleven! De Dyane stond pal voor de uitgang van de vlieghaven al te trappelen van ongeduld:
Na een goede nacht slaap was het meteen kneiterwarm deze ochtend. Zelfs voor het ontbijt ben ik maar even in de schaduw van de kathedraal gaan zitten:
Het was toch nog een flink eindje rijden naar de Obersalzberg. Wel een mooie route met de Alpen aan een kant en regelmatig een mooi vergezicht en water aan de andere. Het dorpje Berchtesgaden barstte van de toeristen en ineens was duidelijk waarom ik hier geen kampeerplek heb kunnen vinden. Na het dorpje zelf moest het Dyaantje pas echt aan de bak: het is steil naar de Obersalzberg. Een paar stukjes in de 3e versnelling, vrij veel in de 2e en behoorlijk veel in de eerste!
Aangekomen bij de Dokumentation Obersalzberg bleek het al erg druk en ik heb de Dyane maar ergens in het bos geparkeerd bij auto’s van wandelaars. Dat werd ik later die dag zelf ook.
Het herinnerings- en documentatiecentrum is goed opgezet en weet precies de verbazing op te roepen wat er hier en verderop in het Derde rijk gebeurd is, hoe mensen dachten en handelden en naar hun tijd en de toekomst keken. Zelfs als je al veel weet van de nazitijd val je van de ene verbijstering in de andere. Van die momenten dat je onmogelijk trots kan zijn om tot de menselijke soort te behoren. Dit zit blijkbaar in ons allemaal… Van een aantal dingen heb ik een foto gemaakt om later terug te kunnen lezen en alsnog proberen te begrijpen. Met de Eos camera die later die vakantie gestolen is, dus weg huiswerk.
Na het bezoekerscentrum kun je ook naar het huis dat Martin Borman heeft laten bouwen op de Kehlsteinberg om een nog witter voetje te halen bij Adolf Hitler. Er loopt een weg heen waar bussen rijden die speciaal zijn aangepast aan het steile klimmen en dalen. Halverwege is een plaats waar de vier bussen die bergop gaan de vier bergafgaande bussen kunnen passeren. Eenmaal boven gekomen ga je door een lange tunnel om via een wachtruimte een glimmende messing lift in te gaan en dan nog eens meer dan honderd meter omhoog. Een unicum voor die tijd! Als je dan helemaal boven bent zijn de vergezichten adembenemend en prachtig in beeld gebracht op de gestolen camera. Gelukkig heb ik er 1 van de telefoon:
Hier is het huis waar Hitler niets mee had en bijna nooit is geweest. Dit is ook de plek waar in de nadagen van de oorlog en de aansluitende bezetting de mensen van de Amerikaanse 101 airborne division, de Screaming Eagles gelegerd zijn geweest. De divisie die beschreven is in Band of Brothers en met DUKW amfibievoortuigen langs de Rijn naar het zuiden is getrokken toen onduidelijk was of Hitler vanuit het zuiden de oorlog zou proberen voort te zetten. Nu is The Eagles Nest of het Kehlsteinhaus een restaurant en een herinneringsplek waar gelukkig ook veel jonge mensen waren.
Na al deze overweldigende indrukken waren mijn lichaam en geest onrustig en moesten iets doen. Dat werd niet de busreis maar een wandeling naar beneden: iets van 700 meter in een kilometer of acht. Onderweg kwam ik de mooiste dingen tegen die de vele nare indrukken probeerden te compenseren: prachtige ruwe rotspartijen, bossen, de lieflijkste bloemen en vruchten (zelfs wilde aardbeitjes) en ook een grot met een flinke partij sneeuw er in. Alles uiteraard mooi gefotografeerd – wat zou ik dit graag aan anderen laten zien!
Tot mijn verbazing was er geen mens meer te bekennen na mijn wandeling: zelfs de restaurantjes zaten al potdicht en het Dyaantje stond helemaal alleen in het bos op me te wachten. Nu mocht ze me naar beneden brengen, ook weer stukken in de eerste versnelling bij 24% daling. Om een of andere reden komt er flinke rook uit de uitlaat bij afremmen op de motor en bij deze extreme hellingen leek het wel of hele berg in de hens stond. Heel eng maar alles functioneerde nog prima op de weg terug naar de camping. Net op tijd om weer broodjes met beleg te halen van de Aldi en tenslotte uitgeput in slaap te vallen.
En zo gebeurde het dat ik eigenlijk heel ontspannen de tent afbrak en de Dyane weer volpakte. Eigenlijk wel prettig om me niet opgejaagd te voelen en gewoon de tijd te nemen. Ging lekker!
Met een gemengd gevoel namen we afscheid en stuurde ik de oude auto van de camping af. Op naar de Alpen! Een flinke dag rijden werd het – 339 km… en geleidelijk veranderde het landschap: meer en langere bruggen op de snelweg en uiteindelijk kwamen in de verte imposante bergen in beeld.
Een nadeel van zulke lange afstanden moeten rijden is dat er bijna geen tijd is om onderweg te stoppen voor dingen die ik eigenlijk zou willen zien. Bijvoorbeeld het voormalige concentratiekamp Dachau bij München dat een belangrijke rol gespeeld heeft toen de nazi’s nog dachten iedereen te kunnen opsluiten zonder direct tot vernietiging over te gaan. Daar werd een ongelooflijke classificatie van gevangenen uitgewerkt, daar werden barakken ontworpen die door gevangenen zelf gebouwd konden worden en daar werd geëxperimenteerd met hoever bewakers konden en mochten gaan. Ik wist ook dat voor de volgende dag de Obersalzberg op het programma stond dus dat portie ellende zou nog wel komen. Dus maar doorgereden.
Onderweg heb ik geprobeerd een goede camping te vinden bij Berchtesgaden maar werkelijk alles was vol… En ook langs de diverse grote meren in de buurt… Zo werd het tenslotte deze prachtige plek in Ruhpolding:
De kampeerplek was inclusief een ticket om in het dorp te mogen parkeren en de Aldi had heerlijke broodjes met beleg. Geen zin om na die lange dag nog uitgebreid te koken…
Zo viel de avond na deze dag met prachtig weer en zovele indrukken!
De nacht was heel bijzonder en eigenlijk met veel te weinig slaapuren. Ik heb enorm genoten van het Rockpalast Loreley evenement aan de overkant van de Rijn. Om 0:00 was dat afgelopen. Voor de taloze treinen aan beide kanten van de rivier is het nooit afgelopen. Ook niet voor het zware wegverkeer. Vervolgens kwamen er hysterische ouderen voorbijzwalken en tenslotte schrok ik wakker van de aanwezigheid van iets in de tent. Iets?
Een egel dacht ik. Maar die was niet te zien. Toen bleek dat er hardop geritseld werd onder het grondzeil. Ik werd nog een paar keer gewekt toen mijn gast een beker omgooide en aan plastic zakjes stond te ritselen… Altijd pret in die grote tent.
De eerste tientallen kilometers voerden verder langs de Rijn en mooie stadjes met fascinerende oude gebouwen van ruïnes tot imposante burchten zoals Rheinstein. Er zijn ooit nogal wat hertogen, graven en baronnen geweest met stoere stenen optrekjes. Het zo superleuk zijn om eens een vakantie houden langs de rivier en al die prachtige plekken te bezoeken. Maar vandaag stond Ellwangen als einddoel in de routeplanners.
We wilden flink wat meters maken vandaag en zo deden we een stuk snelweg. En zo gebeurde het dat een wolkbreuk zich leegbrak in mijn open autootje. Geen kans om het dak dicht te gooien want er was net even geen afrit en stoppen op de vluchtstrook was levensgevaarlijk met zo weinig zicht dus er kwamen emmers met water binnen. Later op de camping ben ik nog uren bezig geweest om de auto volledig leeg en weer droog te maken. De slaapzak die over het hele bagagegedeelte lag heeft me deels gered: plassen ter grootte van kopjes water bleven daar gewoon op staan en konden zo worden afgegoten.
Uiteindelijk kreeg ik alles weer droog en had Ulli er ook weer zin in:
Ik vond het wel jammer dat de reisgenoten niet aanboden even met iets te helpen. Of open te staan voor samen koken: ze begonnen ieder voor zich een potje eten te maken terwijl ik nog tijden met de gevolgen van de nattigheid bezig was. Maar ach zo kon ik wel mijn kooktoestel uitlenen aan een jong stel die zonder zo’n ding op reis waren gegaan.
Tenslotte werd duidelijk dat de reisgenoten geen zin hadden om de extra kilometers te maken om Jolande donderdag op te halen in Wenen zoals we afgesproken hadden. Daarmee scheidden zich de wegen en zou ik alleen verder moeten. Ook goed, maar niet wat ik me van het samengaan had voorgesteld.
En dan de GPS gegevens – let op hoe we ook hoogtemeters gemaakt hebben:
Vandaag was een pittig dagje met veel rotondegedraai en routeplanneravonturen. De planners van Toon en Roel zijn het behoorlijk met elkaar eens, maar mevrouw google bij mij had een sterke eigen mening: als de anderen een klein uur rijden over binnenwegen voorspelden dan dacht goocheme google daar minstens anderhalf uur over te doen. Een groot stuk heb ik voorop gereden en de planner stuurde ons over de schitterendste haarspeldbochtweggetjes: heel veel in de derde versnelling, soms ook in twee.
Maar… het schoot niet erg op en ondanks het open dak werd het erg warm! Voor het laatste stuk zou gemiddeld 40 km/u gereden worden dus mocht iemand anders de kop weer overnemen. Vermoedelijk heeft google de grotere binnenwegen voor snelwegen aangezien en heeft ze voor ons gemeden…
We zijn tijdens een tussenstop de Franse vlag tegengekomen:
Het was wel een schitterende route vandaag, heerlijk door de Eifel waar ik zo van hou. Ook reden we door Koblenz waar zoveel prettige herinneringen liggen. De rest van de route was parallel aan de Rijn met schitterende vergezichten en fascinerende kastelen en burchten op bergen en heuvels.
We arriveerden uiteindelijk op camping Loreleiblick, thuishaven van mijn tenthamer – aangeschaft toen ik bij een vorig bezoek de haringen niet de kleigrond ingebeukt kreeg met blote handen.
Het voelde een beetje als thuiskomen, genietend van de vele schepen die omzichtig die grote stenen puist en z’n stromingen vermeden.
De wind kwam van 2 kanten en dat was een partij dramatisch met opzetten van de kampeerkathedraal. Ik heb dingen geroepen die niet netjes waren…
Maar… aan het einde van de opzetellende kwam het besef hoe het eenvoudiger kan – zelfs met enige wind. Later bleek dat die afwijking van de opzetprocedure veel tijd en gedoe bespaarde – daar heb ik verder gedurende de trip nog veel plezier van gehad!
En dan weer de reis via verzamelde GPS informatie; het lijkt of de GPS aan het einde van de route heeft uitgestaan :(: